De fiscale impact van het overbruggingsrecht COVID-19

Wat betekent het voor je belastingen?

Het belastingregime van het crisis-overbruggingsrecht voor zelfstandigen is afhankelijk van de inkomstencategorie waartoe de inkomsten uit de onderbroken activiteit behoren (circulaire 2020/C/94 van 8 juli 2020).

  • Zelfstandigen 

Als de vergoedingen worden uitgekeerd naar aanleiding van een door de coronacrisis gedwongen onderbreking van de zelfstandige activiteit, dan geldt een afwijkend fiscaal gunstregime. Dit geldt zowel voor zelfstandigen die hun activiteit verplicht (gedeeltelijk of volledig) moeten onderbreken als voor zelfstandigen die hun activiteit gedurende minstens zeven opeenvolgende kalenderdagen volledig onderbreken als gevolg van de coronacrisis.

De uitkeringen zijn in dat geval afzonderlijk belastbaar tegen 16,5%, op voorwaarde dat ze – samen met eventuele andere verkregen vergoedingen ter compensatie van een vermindering van de beroepswerkzaamheid – niet meer bedragen dat de belastbare nettowinst of -baten van de vier vorige jaren (de zogenaamde 4×4-regel). Is de zelfstandige nog geen vier jaar actief, dan wordt rekening gehouden met de werkelijke toestand (dus de nettowinst van één, twee of drie vorige jaren). Bedragen de uitkeringen meer dan de belastbare nettowinst of -baten van de vorige vier jaar, dan zijn ze gezamenlijk belastbaar tegen de normale progressieve tarieven.

  • Bedrijfsleiders

Crisis-overbruggingsuitkeringen voor zelfstandige bedrijfsleiders moeten bij de belastingaangifte worden aangemerkt als ‘vergoedingen verkregen tot volledig of gedeeltelijk herstel van een tijdelijke derving van bezoldigingen van bedrijfsleiders’. Deze vergoedingen worden als ‘vervangingsinkomsten’ gezamenlijk belast tegen de normale progressieve tarieven.

  • Zelfstandige helpers

De beroepsinkomsten van een zelfstandige helper worden fiscaal niet als winsten of baten gekwalificeerd, maar als bezoldigingen van een werknemer. Uitkeringen die zelfstandige helpers in het kader van het crisis-overbruggingsrecht ontvangen, moeten worden aangemerkt als ‘vergoedingen verkregen tot volledig of gedeeltelijk herstel van een tijdelijke derving van bezoldigingen van werknemers’ en worden als ‘vervangingsinkomsten’ gezamenlijk belast tegen de normale progressieve tarieven.

  • Meewerkende echtgenoten

Crisis-overbruggingsuitkeringen worden voor meewerkende echtgenoten niet belast. Er is in het WIB immers geen bepaling opgenomen die deze uitkeringen aan de personenbelasting onderwerpt.